Therapiedoelen

De gekozen doelen voor TOLK betrek ouders bij taaltherapie! zijn linguïstisch van aard. Therapiedoelen zijn:

Communicatievaardigheden: Luisteren, beurt nemen/geven, initiatief nemen, richten, volgen, imiteren.

Lexicon: Uitbreiding woordenschat van concrete begrippen en woorden zoals aanduiding plaats, kleur, ontkenning, tegenstelling, volgorde.

Morfo-syntaxis: Verlenging en samenstelling van zinnen, woordvorming.

Taal-denken: Praten buiten hier en nu, informatieverwerking, oorzaak-gevolg, perspectief wisseling.

De activiteiten en kijkvragen zijn geordend op genoemde therapiedoelen. Een activiteit kan op meerder manieren worden uitgevoerd al naar gelang de focus van de therapie. Bij het aanbieden van de film stelt de logopedist kijkvragen die de aandacht van de ouder sturen naar het te observeren gedrag in het filmfragment. De formulering van de kijkvragen kan worden aangepast aan de taalkennis van de ouder. Door beantwoording van de vragen wordt de ouder zich bewust van de therapeutische zin van de activiteit. Het idee is dat de ouder ontdekt hoe gemakkelijk het is de doeluitingen in dagelijkse gesprekken te laten terugkeren.

TOLK onderdeel communicatieve taaltraining

Voor taaltherapie is de normale taalverwerving leidraad. Taal ontwikkelt zich door dagelijkse wisselwerking tussen kinderen en hun ouders. Dit betekent dat in de begeleiding de communicatie tussen kind en omgeving centraal staat. TOLK schenkt zowel aandacht aan het kind als aan de ouder. De directe behandeling van het kind wordt gecombineerd met indirecte begeleiding door de ouder. De ouder kan met doelgericht taalaanbod in dagelijkse gesprekken het effect van de therapie aanzienlijk versterken. Bij geringe taalachterstand kan zelfs volstaan worden met alleen indirecte begeleiding.

Generalisatie

Het algemene doel van TOLK is generalisatie van het geleerde naar dagelijkse situaties. Generalisatie vindt niet automatisch plaats en vraagt om speciale aandacht. Het wordt bevorderd door doelwoorden of taalstructuren in het dagelijks leven vaak te gebruiken. Dit betekent dat de omgeving van het kind wordt geleerd hoe ze alledaagse situaties kunnen gebruiken om bepaalde talige vormen te laten horen en uit te lokken. Met TOLK wordt generalisatie bewerkstelligd door de activiteiten uit de therapiesessie op gevarieerde manier in het dagelijks leven te laten terugkomen.